Een nieuw seizoen begint voor hogeschool en universiteit. Veel eerstejaars studenten starten met een studie: een levensfase waarin je een nieuwe stap naar zelfstandigheid zet. Open voor nieuwe kennis, andere vrienden en een andere stad.
Toen ik vanuit mijn geboortedorp in Zeeland in Leiden ging studeren ging er een wereld voor me open. Maar tegelijk ging ik het eerste jaar nog wekelijks ‘naar huis’. Dat mijn thuis niet meer was. Een nieuwe stap roept vragen op naar je verworteling. Waar ben je thuis?
Voor veel studenten spelen verhuizing en verandering een grote rol in hun leven. Veel keuzes zijn kortdurend en vluchtig. Maar niet alleen voor studenten. Nog nooit in de geschiedenis verhuisden zoveel mensen als nu: sommige vrijwillig, andere noodgedwongen. Het afgelopen jaar was dan ook het thema in de LSE: Leiden stad van vluchtelingen. Migratie – op allerlei manieren – is daarom een belangrijk onderwerp. Als veel dingen vluchtig worden, wat gaat dan met je mee door je leven heen? Het is de kunst om nieuwe mogelijkheden op te merken, en achter te laten wat niet nodig is.
Bij migratie staat de verworteling onder druk. Veel verhalen in de christelijke traditie vertellen over het verlangen om ‘thuis te zijn’ en de last van ontheemd zijn. Maar ook over de mogelijkheid tot vernieuwing, soms zelfs de noodzaak om van huis weg te gaan. Motivatie en spiritualiteit zijn van belang om deze uitdagingen onder ogen te durven zien en aan te gaan. Om samen op zoek te gaan naar oplossingen is vertrouwen en geloof nodig.
Ook bij LSE bevinden we ons in een migratie: oude werkwijzen werken niet. Voor verdieping komen studenten niet langer vragen om een gesprekskring over kernwapens, zoals in de jaren ’80. Persoonlijke ontwikkeling zoeken veel mensen door praktisch aan de slag te gaan en initiatief te nemen: door een vereniging of een eigen onderneming te starten. Een probleem is echter de onderlinge competitie: vanaf de basisschool draait het om individuele scores en presteren. Door trainingen, bezinning en meditatie kun je je bij LSE persoonlijk ontwikkelen als mens.
Laatst zag ik een fragment over de initiatiefnemers van Nederlands eerste inloophuis, in een wijk in Amersfoort – het bestaat nog steeds. Ze deden veel moeite om hun initiatief te verdedigen. Ik bewonderde hen, maar merkte ook hoe typisch jaren ‘80 hun houding was. In hun tijd moesten zij de ruimte voor een dergelijk initiatief bevechten, en vooral ook: ze moesten die ruimte binnen zichzelf vinden. In 30 jaar verandert veel. Terugkijkend naar die beelden bracht dat mij bij het inzicht dat het nodig is om bepaalde dingen achter te laten om bij de tijd te blijven. En dat bracht me bij de vraag aan mijzelf: wat moet ik achterlaten om over 10 of 25 jaar bij de tijd te zijn?
Je wortels kun je niet achter je laten: daarin ligt nu net je drijfveer voor je studiekeuze. Maar aspecten kun je wel achterlaten. Hoe beter je kunt achterlaten wat niet nodig is, des te vrijmoediger kun je bij anderen komen. Hoe meer je in staat bent om aan je wortels voorbij te komen, des te ontvankelijker ben je voor wat een ander te bieden heeft: nieuwe vrienden, of docenten of nog anderen.
Nieuwe stappen zetten vergt achterlaten. Als je kunt achterlaten, dan heb je je handen vrij voor iets nieuws. Vernieuwing vindt je pas in het contact met andere mensen. Daarin kun je terugvinden wat continu met je meegaat, en wat je de goede kant op leidt.
Rob van Waarde